Drielobbige oostpartij0000.0011

 

Literatuur

 

- Gelder, H.E. van & S. Leurs & F.A.J. Vermeulen & J. de Borchgrave d'Altena & W. Vogelsang & J. Duverger & M.J. Onghena, Kunstgeschiedenis der Nederlanden. Deel 1: De middeleeuwen 1.  Deel in de serie 'Phoenix geïllustreerde standaardwerken'. Zeist, Antwerpen (De Haan, Standaardboekhandel), 1963. [203 blz. ISBN -]. Hierin: blz. 61-62 (hier wordt onderscheid gemaakt tussen de "triconchale (drie 'conchen' of schelpen) oostpartij" en "de eigenlijke klaverbladvorm, zoals deze in 1065 tot stand kwam met de St. Maria in het Kapitool te Keulen")

- Westerman, Jeroen, De Onze-Lieve-Vrouwekathedraal van Doornik: onafhankelijkheidsmonument voor een bisdom, proefschrift, Universiteit Leiden, 08-12-2016. Utrecht (De Erfgoeduitgeverij), 2016. [832 blz. ISBN 978.90.826245.0.2]. Hierin paragraaf 5.2.4: "De triconch en de tetraconch" (e.v.): blz. 602-623 (met uitvoerige bespreking van alle relevante voorbeelden).

 

 duits

- Laag, Heinrich, Wörterbuch der altchristlichen Kunst. Kassel (Johannes Stauda), 1959. [168 blz. ISBN -]. Hierin: "Dreikonchenanlage", blz. 43 ("Man spricht davon bei Kirchen, bei denen nicht nr eine Apsis den Abschluss bildet, sondern auch das Querschiff an beiden Enden eine Apsis besitzt und so eine kleeblattartige Form durch die drei Apsiden entsteht" - dit is de volledige tekst)

- Kubach, Hans Erich & Albert Verbeek, Romanische Baukunst an Rhein und Maas. Katalog der vorromanischen und romanischen Denkmäler. Band 4: Architecturgeschichte und Kunstlandschaft. Berlin (Deutscher Verlag für Kunstwissenschaft), 1989. [704 blz. ISBN 3.87157.080.X]. Hierin "Die Dreikonchenbauten": blz. 274-281

 frans

- Vogüé, Melchior de & Jean Neufville, Glossaire de termes techniques. Deel in de serie Íntroductions à la nuit des temps', nr 1. La Pierre-qui-Vire (Zodiaque), 1965. [478 blz. ISBN -]. Hierin blz. 124 ("Choeur tréflé, chevet tréflé". "Le chevet est alors formé de trois absides (ou absidioles) en éventail"; engels: "Trefoiled choir", duits: "Dreikonchenchor", italiaans: "capocroce a trifoglio", spaans: "cabecera trebolada"), 425 ("Tréflé", synoniem: "Triconque"; engels: "Trefoiled", duits: "Kleeblattförmig", italiaans: "Trifoglio", spaans: "Trebolado").